SCHOMBURG B.V. Postbus 343 NL-7900 AH Hoogeveen Tel. 0528 / 267171 Fax 0528 / 267288 e-mail info@schomburg.nl web www.schomburg.nl
Technisch Infoblad
AQUAFIN®-2K/M-PLUS
Art.-nr. 2 04600
Scheuroverbruggende, minerale afdichtingsmortel
SCHOMBURG GmbH & Co. KG Aquafinstraße 2–8 D-32760 Detmold 18 2 04600
EN 1504-2 AQUAFIN-2K/M-PLUS Product ter oppervlaktebescherming – Coating
EN 14891 AQUAFIN-2K/M-PLUS Vloeibaar te verwerken, niet-waterdoorlatend cementproduct voor de toepassing onder keramische tegels en platen voor gebruik buiten
Toepassing: • Bouwafdichting op aardrakende bouwdelen, sokkelafdichtingen evenals profielafdichtingen in en onder wanden conform DIN 18533 voor waterinwerkingsklassen W1.1-E, W1.2-E en W4-E. • Bouwafdichtingen achteraf conform WTA-merkblad 4–6 tegen grondvocht, water niet onder druk en water onder druk (bij geschikte constructie). • Afdichting in verbinding voor waterinwerkingsklassen W0-I tot W3-I zonder chemische belasting conform DIN 18534 en ZDB-infoblad “Combinatie-afdichting (AIV)”. • Buiten als afdichting op balkons, loggia's, etc. conform DIN 18531-5. • Afdichting van reservoirs en bekkens tot waterinwerkingsklasse W2-B conform DIN 18535, tot 10 m. • AQUAFIN-2K/M-PLUS is zeer emissiearm conform GEV-EMICODE, wat doorgaans tot positieve beoordelingen in het kader van gebouwcertificeringssystemen conform DGNB, LEED, BREEAM, HQE leidt.Hoogste kwaliteitsniveau 4, regel 7 en 8 conform DGNB-criterium “ENV 1.2 risico’s voor de lokale omgeving”.
Principe 1.3 (C)
Waterdampdoorlaatbaarheid CO2-doorlaatbaarheid
Klasse I
SD-waarde > 50 m
Scheurtest ter beoordeling van de hechtkracht
≥ 0,8 N/mm²
Brandbaarheid
P-1200/906/17 P-1200/907/17
er
ze
MPA Braunschweig
Klasse E
EN 14891: CM Starthechtvastheid: ≥ 0,5 N/mm² Hechtvastheid na contact met water: ≥ 0,5 N/mm² na veroudering door verwarming: ≥ 0,5 N/mm² na belasting door vorst/dauwwissel: ≥ 0,5 N/mm² na contact met kalkwater: ≥ 0,5 N/mm² Waterdichtheid: geen waterdoordringing Scheuroverbrugging: ≥ 0,75 mm
rm
Capillaire wateropname en waterdoorlaatbaarheid w < 0,1 kg/m2 x h0,5
e m is si e a
Bouwafdichting: • Aardrakende bouwafdichting van wanden en vloeren voor nieuwbouw en reeds bestaande gebouwen op bouwdelen uit beton of steen. • Afdichting tegen van binnen drukkend water van reservoirconstructies (bijv. reservoirs voor proceswater, reservoirs voor afvalwater). • Horizontale afdichting in en onder wanden tegen capillair stijgende vochtigheid. • Afdichtingen van overgangen naar vloeren uit beton met hoge waterindringingsweerstand (Wu-beton) en sokkelafdichtingen. • Gebruik op oude, vasthechtende bitumenondergronden
• Naad- en voegloze, flexibele, scheuroverbruggende afdichting • Geschikt voor alle draagkrachtige, algemene bouwondergronden • Hecht zonder voorbewerking op vochtige ondergronden • Diffusie-open, vorst-, UV- en verouderingsbestendig • Bestand tegen strooizout • Zeer emissiearm EC1 PLUS conform GEV-EMICODE • Bouwafdichting conform DIN 18533 en DIN 18535 • Hechtlaagafdichting (AIV) conform DIN 18531, DIN 18534, DIN 18535, DIN EN 14891 • CM O1 P conform DIN EN 14891 • Bestand tegen betonaantastend water
Bij gebruik in reservoirs of waterbelastingen met corrossief of zacht water met een hardheid van < 30 mg CaO per l,
1/8
17/20
Combinatieproduct
is in principe een wateranalyse noodzakelijk. De beoordeling van de betonagressiviteit gebeurt conform DIN 4030. AQUAFIN-2K/M-PLUS is bestand tegen aantastingsgraad “Sterk aantastend” (expositieklasse XA2).
Dichtheid: Korrelgrootte: Verwerkingstijd*): Overwerkbaar*): Ondergrond-/verwerkingstemp.: Hechtvastheid conform DIN EN 1542: Scheuroverbrugging conform DIN 28052-6 (PG MDS/AIV): Scheuroverbrugging conform DIN EN 14891 bij normale en lage temperaturen: Waterdichtheid in inbouwtoestand conform PG MDS/AIV: Toelaatbare bekkendiepte conform DIN 18535: Treksterkte, in overeenstemming met ASTM D 412-16: Scheuroverbrugging, in overeenstemming met ASTM C836:
Tegellijmafdichting: Voor een veilige en duurzame afdichting in combinatie met tegels en platen, als een waterdoorlaatbaarheid tegen langdurige en continue waterbelasting noodzakelijk is, bijv. in badkamers en keukens in woningen, privé en openbare sanitaire ruimtes evenals balkons en terrassen, zwembaden en zwembadomgevingen. In het wand-vloer-aansluitbereik de vlakafdichting door de inbouw van ASO-Dichtband-2000, ASO-Dichtband-120 resp. ASO-Dichtband-2000-S afhankelijk van de belastingsklasse, versterken. AQUAFIN-2K/M-PLUS is geschikt voor de belastingsklasse A en B conform de controleprincipes van de DIBt (PG-AIV-F). De waterdichtheid in de inbouwtoestand is incl. het ASO-Dichtband systeem conform de controleprincipes voor minerale afdichtmortels (MDS) evenals de afdichting in combinatie met tegels en platen (AIV) tot een waterstijl van 25 m gecontroleerd.
Waterdampdiffusiecoëfficiënt µ: Sd-waarde bij 2 mm droge laagdikte: Doorlatendheidscoëfficient µ, CO2: Sd-waarde, CO2 bij 2,0 mm droge laagdikte:
Technische gegevens: UNIFLEX-M-PLUS
Poedercomponent AQUAFIN Basis: Polymeerdispersie Zand/Cement, additief Mengverhouding: 1 gew.-deel 2,5 gew.-deel Leveringsvorm: 10 kg 25 kg 6 kg 15 kg 2 kg 5 kg Kleur: wit grijs
ca. 1,6 g/cm3 < 1,0 mm ca. 60 minuten na ca. 3–6 uur +5 °C tot +35 °C > 0,5 N/mm2 0,4 mm
≥ 0,75 mm 2,5 bar 10 m ca. 192 % > 2,0 mm ca. 1.200 ca. 2,4 m > 100000 > 200 m
Belastbaarheid *): • Regenvast op geschikte oppervlakken na ca. 6 uur, een blijvende waterbelasting moet worden vermeden • door gebruik na ca. 1 dag • door water onder druk na. ca. 7 dagen • met tegels te bezetten na ca. 1 dag
2/8
Benodigd materiaal: Belasting Droge laagdikte, mm Natte laagdikte, mm Kelderwanden en vloerplaten > 2,0 ca. 2,2 Sokkelafdichtingen > 2,0 ca. 2,2 Sectie-afdichtingen > 2,0 ca. 2,2 Conform WTA-merkblad 4-6 “Bouwafdichting achteraf op bouwdelen op aarde” Grondvocht/niet ophopend > 2,0 ca. 2,2 percolaatwater water zonder druk > 2,0 ca. 2,2 ophopend percolaatwater/ > 3,0 ca. 3,3 water onder druk
Verbruik kg/m2 3,5 3,5 3,5
Afdichting van reservoirs en bekkens In combinatie met tegels/ platen
3,5 3,5 5,3
> 2,0
ca. 2,2
3,5
Egalisatielagen 1 mm 1,1 mm 1,75 Een mogelijk hoger verbruik bij oneffen ondergronden evenals handgemaakte welvingen moeten in acht worden genomen, waardoor conform de normen DIN 18531, DIN 18534, DIN 18535 rekening moet worden gehouden met een diktetoeslag van ten minste 25%. Ondergrond: De ondergrond moet draagkrachtig, volledig gevoegd en vlak zijn met geopende poriën en wat betreft het oppervlak gesloten zijn. Deze moet vrij van grindnesten, gaten, openstaande scheuren, holle voegen, stof en hechtingsverminderende stoffen zoals bijv. olie, verf, sinterlagen en losliggende lagen zijn. Als ondergronden zijn dichtgevoegd beton, pleister P II en P III, afgevoegd metselwerk geschikt.
*) bij +23°C en 50 % rel. luchtvochtigheid. Op basis van object- en weersomstandigheden kunnen de aangegeven gegevens worden verlengd of verkort. Hogere temperaturen en lagere luchtvochtigheid verkorten, lagere temperaturen en hogere luchtvochtigheid verlengen de droogtijd.
Opslag: Poedercomponent: koel en droog, 12 maanden, Vloeibare componenten: vorstvrij, 12 maanden; in originele gesloten verpakking, aangebroken verpakking direct opmaken Reiniging: gereedschap in werkzame toestand met water reinigen, opgedroogd materiaal met ASO-R001 oplossen en afwassen.
Op het gebied van combinatie-afdichting (AIV-F) moet de ondergrond, afhankelijk van de waterinwerkingsklasse, voldoen aan de eisen van DIN 18534, DIN 18535, DIN 18531 en het ZDB-infoblad (zie onder Aanwijzingen). Vochtgevoelige ondergronden, bijv. gipsgebonden bouwmaterialen, kunnen alleen worden geaccepteerd in
3/8
Belastingsklassen conform controleprincipes van de DIBt
Systeembestanddelen
PG-AIV-F, belastingsklasse: A Waterinwerkingsklassen conform DIN 18534-deel 3 en ZDB-infoblad [*1] W0-I tot W3-I (zonder chemische belasting)
B
Conform PGMDS Bouwwerkafdichting
×
x
–
ASO-Dichtband-2000-S
ASO-Dichtband-2000-hoeken,
ASO-Dichtband-2000-T-stuk, kruising
ASO-Dichtmanchette-vloer/ -wand
ADF-Buismanchette
ADF-Dilatatievoegband
ASO-Dichtband-120
ASO-Dichtmanchette-W
ASO-Dichtband-2000-S-hoeken, (90°, binnen/buiten)
CRISTALLIT-MULTI-FLEX
UNIFIX-S3-fast
AQUAFIN-RS300
de waterinwerkingsklassen W0-I en W1-I, zie ook onder toelichtingen. Voor het beoordelen van de ondergrond moet bovendien DIN 18157, deel 1 worden geraadpleegd.
Waterinwerkingsklassen conform DIN 18535 - deel 3 W1-B W2-B
ASO-Dichtband-2000
(90°, binnen/buiten)
CRISTALLIT-FLEX
ASO-Dichthoek-I/-A
ASO-Afschothoeken
ASO-Dichtmanchette-B
UNIFIX-S3
MONOFLEX-whie
MONOFLEX-white gemengd met UNIFLEX-F in de verhouding 3:1
LIGHTFLEX
MONOFLEX
MONOFLEX-fast
MONOFLEX-FB
MONOFLEX-XL
ASODUR-EK98-wand/-vloer
ASODUR-DESIGN
SOLOFLEX
AK7P
Hoeken en randen, bijv. aan de funderingsplaat, etc. moeten worden gebroken, resp. worden afgestoken. Dieptes > 5 mm evenals mortelzakken, open stoot- resp. strekvoegen, uitbraken, ondergronden met grove poriën of oneffen steenwerk moeten met geschikt cementmortel, bijv. ASOCRET-M30 of SOLOCRET-15, van te voren worden geëgaliseerd. De ondergrond met Unigrund-GE/-K gronden of dusdanig voornatten dat deze op het tijdstip van het aanbrengen van AQUAFIN-2K/M-PLUS matvochtig is. Sterk zuigende ondergronden en licht-zandende ondergronden moeten met ASO-Unigrund-GE/-K worden gegrond. De grondering volledig laten drogen voordat de volgende arbeidsgangen worden uitgevoerd. Dunbedflenzen moeten in een minimale breedte van 5 cm rondom openingen zijn aangebracht en bestaan uit materiaal dat geschikt is voor verlijming, zoals bijv. staal, roodkoper, PVC-U. Bij de geringe flensbreedtes (> 30 mm, < 50 mm) adviseren wij de verlijming van een afdichtingsmanchet in het overgangsbereik van de flens — in het systeem met ASOFLEX-AKB-Wand uit te voeren. Vochtigheid aan de achterzijde resp. punctuele vochtbelastingen van de negatieve zijde moet worden uitgesloten. Wij raden in elk geval bij afdichtingen met bevochtiging aan de achterzijde een voorafdichting met AQUAFIN-1K, om het drukken van de ondergrond te voorkomen. Afhankelijk van de waterbelasting moet van
4/8
te voren een coating uit één of meerdere lagen worden aangebracht. Het verbruik bedraagt bij grondvocht min. 1,75 kg/m² en bij opgehoopt percolaatwater min. 3,5 kg/m² AQUAFIN-1K. Bij betonbouwdelen kan een vochtbelasting van de negatieve zijde ook met ASODUR-SG2 /SG2-thix worden uitgesloten. Bij gebruik van ASODUR-SG2 /SG2-thix is een verbruik van 600–1000g/m² noodzakelijk.
laagdikte van meer dan 2,2 kg/m2 in een arbeidsgang kan leiden tot scheurvorming, wat vermeden dient te worden. Voor verwerking in spuitprocessen met een geschikte spuitinstallatie, bijv. HighPump M8 (peristaltische pomp), HighPump Small of HighPump Pictor (wormschroefpomp) adviseren wij een spuitkopgrootte van 4,5 tot 6,0 mm. Informatie daarover kunt u opvragen bij de firma Dittmann Sanierungstechnik GmbH, Hohen Neuendorf, www.saniertechnik.de.
Verwerking: Ca. 50%–60% vloeibaar component in een schone kuip gieten en met het poedercomponent tot een homogene, klontvrije massa voormengen. Vervolgens het resterende vloeibare component toevoegen en voldoende mengen. Met een krachtig roerwerk (ca. 500–700 min-1) is een mengtijd van ca. 2–3 min. noodzakelijk. Na een wachttijd van ca. 5 minuten de massa nog eenmaal grondig homogeniseren. Het mengen van AQUAFIN-2K/M-PLUS gebeurt met de volgende mengverhouding, volgens de gewichtsdelen: 2,5 deel poedercomponent : 1 deel dispersiecomponent Door project- of verwerkingsvoorwaarden, bijv. verwerking in specie- of spuitprocessen is het toevoegen van water tot max.1,5 % (0,5 l/35 kg) AQUAFIN-2K/M-PLUS toegestaan. De toevoeging van water volgt na het mengen van de poeder- en vloeibare componenten.
Voor een waterdoorlatende vorming van bewegingsen aansluitvoegen moeten de systeembestanddelen van de ASO-Dichtband-techniek overeenkomstig de desbetreffende belastingsklasse worden gebruikt (zie tabel Systeembestanddelen). ASO-Dichtband-2000/-S, ASO-Dichtband-120 resp. ASO-Dichtband-2000/-S-binnen-buitenhoeken, ASO-Dichthoek-I/-A afhankelijk van de waterinwerkingsklasse in de hoekbereiken, in de overgang tussen de wand en de vloer evenals over aansluitvoegen AQUAFIN-2K/M-PLUS aanbrengen. Beide zijden van de te overbruggen voegen wordt AQUAFIN-2K/M-PLUS min. 2 cm breder dan de te gebruiken afdichtband, met een 4–6 mm vertanding, aangebracht. De afdichtband wordt in de verse laag aangebracht en vervolgens zorgvuldig vrij van holle ruimtes en vouwen ingedrukt. De bekleding moet zo worden aangebracht, dat de verplaatsing van water aan de achterkant is uitgesloten. De te gebruiken afdichtband moet lusvormig over de bewegingsvoegen worden gelegd. Dichtbandvoegen moeten min. 5 tot 10 cm overlappend met AQUAFIN-2K/M-PLUS vouwvrij en volledig worden verlijmd. Vervolgens moet de verlijmde afdichtband met AQUAFIN-2K/M-PLUS worden bewerkt en naadloos in de oppervlakafdichting worden geïntegreerd. Bij het aanbrengen van ASO-Dichtband-vormdelen moet analoog te werk worden gegaan.
AQUAFIN-2K/M-PLUS wordt met kwast of spaan in min. twee arbeidsgangen poriënvrij aangebracht. De tweede, evenals de volgende arbeidsgang kan plaatsvinden als de eerste laag door het gebruik of verdere coating niet meer kan worden aangetast (ca. 3–6 uur, afhankelijk van de omgevingsomstandigheden). Een gelijkmatige laag wordt belastingsafhankelijk, bijv. door gebruik van een vlakspaan of 4–6 getande spaan en aansluitend gladmaken bereikt. Er dient zoveel materiaal verwerkt te worden, dat de vereiste droge laagdikte overeenkomstig de gewenste waterinwerkingsklasse wordt bereikt. Een
Afdichting in combinatie met tegels en platen (AIV-F): Afvoeren in de vloer en openingen in zwembaden
5/8
Buisdoorvoeringen: Voor verbindingen aan buisdoorvoeringen in de waterindringingsklasse W1.1-E en W1.2-E, worden afhankelijk van de nominale diameter ASO-Dichtmanschette voor de vloer, ASO-Dichtmanschette voor de wand of ADF-Buismanchetten gebruikt en de afdichting wordt min. 5 cm op de buisdoorvoer uitgevoerd. Bij het gebruik van geschikte flenselementen AQUAFIN-2K/M-PLUS in voldoende mate, op de dunbedflens en het overlappingsbereik, aanbrengen. In de verse laag de ASO-afdichtmanchet voor de vloer zonder holle ruimtes en vouwen aanbrengen en vervolgens door volledige bewerking in de oppervlakafdichting integreren. In de waterindringingsklasse W 2.1-E moeten geschikte los-vaste flensconstructies of geteste huisinvoersystemen worden gebruikt.
moeten voorzien zijn van geschikte flenselementen. AQUAFIN-2K/M-PLUS in voldoende mate op de dunbedflens en het overlappingsbereik aanbrengen. In de verse laag de ASO-afdichtmanchet voor de vloer/ ASO-Dichtmanchette-B zonder holle ruimtes en vouwen aanbrengen, zodat er een dichte verbinding tot de oppervlakafdichting ontstaat. In de belastingsklasse A (PG-AIV-F) kan als alternatief een verbinding op de buisdoorvoer zonder flens worden aangebracht. Voor de verbinding van buisdoorvoeringen in de wand van de belastingsklasse A kan afhankelijk van de nominale diameter ASO-afdichtmanchet voor de vloer/ASODichtmanchette-B of ASO-afdichtmanchet voor de wand/ ASO-Dichtmanchette-W worden gebruikt. De buisdoorvoer ruw maken, reinigen en met een geschikte reiniger ontvetten, resp. voorbehandelen. AQUAFIN-2K/M-PLUS voldoende aanbrengen en vervolgens de ASO-afdichtmanchet plaatsen. De gatdiameter van de afdichtmanchet moet daarbij duidelijk kleiner zijn dan de buisdiameter, zodat door het “Herinneringseffect” van de ASO-afdichtmanchet een aandrukking op de buisdoorvoer plaatsvindt. De afdichtband-techniek moet in principe overlappend op de oppervlakafdichting worden aangesloten. Voegen worden in principe met 5 cm tot 10 cm overlapping uitgevoerd.
Afvoer- en beschermplaten bij bouwdelen op aarde: Afdichtingen moeten tegen weersinvloeden en mechanische beschadiging door geschikte veiligheidsmaatregelen conform DIN 18533 worden beschermd. Beschermlagen mogen pas na volledige droging worden aangebracht. Bescherm- en afvoerplaten kunnen dotsgewijs met COMBIDIC-1K worden bevestigd en de omtrekisolatie dient volledig en nauwsluitend met COMBIDIC-2K-CLASSIC of COMBIDIC-2K-PREMIUM te worden verlijmd.
Het plaatsen van tegels of platen gebeurt met een van de onder de systeembestanddelen genoemde tegellijmen. De afdichtingslaag moet op het tijdstip van de applicatie volledig zijn uitgehard.
Het afvoeren gebeurt conform de voorschriften van DIN 4095.
In de bouwafdichting conform DIN 18533 en het WTA-merkblad “Bouwafdichting achteraf op aardrakende bouwdelen” moeten bovendien de volgende punten in acht worden genomen: In de vloer-wandovergang AQUAFIN-1K of ASOCRET-M30 in specie-achtige consistentie aanbrengen en hierin een holle kim uit ASOCRET-M30 met min. ca. 4 cm sectielengte inbouwen. Na doordroging de afdichting met AQUAFIN-2KM-PLUS uitvoeren.
Aanwijzing: • Niet te behandelen oppervlakken beschermen tegen de inwerking van AQUAFIN-2K/M-PLUS! • Tijdens het aanbrengen mag de afdichting niet belast worden door water. Water dat aan de achterzijde inwerkt kan bij vorst leiden tot loskomende delen. • Bij sterke zonnestraling tegen de loop van de zon, in de gebieden in de schaduw werken.
6/8
ASO-Dichtmanchette of afhankelijk van de toepassing de AFD-Buismanchette zonder holle ruimtes en vouwen inbrengen en naadloos op de oppervlakafdichting aansluiten.
• In ruimtes met een hoge luchtvochtigheid en/of ontoereikende ventilatie (bijv. Waterreservoirs) kan een dauwpuntonderschrijding (condensaatvorming) op het oppervlak voorkomen. Dit moet door gebruik van geschikte maatregelen, zoals bijv. een condensdroger, worden uitgesloten. Directe verwarming of ongecontroleerd inblazen van warme lucht is niet toegestaan. • AQUAFIN-2K/M-PLUS mag als oppervlaktecoating niet worden blootgesteld aan punt- of lijnvormige belastingen. • AQUAFIN-2K/M-PLUS kan gepleisterd worden en ook met diffusie-open, oplosmiddelvrije dispersie-silicaatverf (geen pure silicaat-verf) worden overstreken. Er kunnen tevens verfsoorten op basis van silicone-hars en acryl worden gebruikt. • AQUAFIN-2K/M-PLUS kan, voor toepassingen
De toepasselijke actuele voorschriften moeten in acht worden genomen! Zoals bijv. de DIN 18157 DIN 18531 DIN 18533 DIN 18534 DIN 18535 WTA-4-6 “Achteraf afdichten van aardrakende bouwdelen” De BEB-infobladen, uitgegeven door Bundesverband Estrich und Belag e.V. De ZDB-infobladen, uitgegeven door Fachverband des deutschen Fliesengewerbes (Verbond van de Duitse tegelbranche): [*1] “Combinatie-afdichting (AIV)” [*2] „Zwembadconstructies” [*3] “Buitenvloeren”
conform WTA-infoblad 4–6, voor de sanering van oude, vaste bitumenhoudende ondergronden worden gebruikt. De afdichtingen moeten voorzien worden van een kraslaag en na volledige droging, in twee lagen met een belastingsafhankelijke laagdikte worden bewerkt. Conform WTA-merkblad 4–6 dienen het voetpuntbereik evenals de overgang naar de spatwatersokkel van te voren van de minerale ondergrond te worden verwijderd.
• Een direct contact met metalen, zoals koper, zink en aluminium, moet door een poriëndichte voorbewerking worden uitgesloten. Een poriëndichte voorbewerking wordt in twee processen met ASODUR-GBM aangebracht. Bij het eerste proces wordt er voldoende op de ontvette en gereinigde ondergrond aangebracht. Nadat deze laag in zoverre is uitgehard, dat deze niet meer ingestrooid kan worden (ca. 3–6 uur), wordt er nog een laag ASODUR-GBM opgebracht en met kwartszand met de korrelgrootte 0,2–0,7 mm ingestrooid. Verbruik 800–1.000 g/m2 ASODUR-GBM. •V oor het verbinden op PVC-, roodkoperen en roestvrij stalen flenzen, flens slijpen, reinigen, ontvetten, AQUAFIN-2K/M-PLUS aanbrengen en
7/8
Toelichtingen Inwerkingsklassen en typerende toepassingen conform DIN 18534 en DIN 18535 Waterinwerkingsklasse
Waterinwerking
Toepassingsvoorbeelden
W0-I
gering
Oppervlakken met niet frequente inwerking van spatwater
Muurvlakken boven wasbakken in badkamers en gootstenen in gewone keukens. Vloeroppervlakken in huis zonder afvoer, bijv. in keukens, bijkeukens, gastentoiletten
W1-I
matig
Oppervlakken met frequente blootstelling aan spatwater of niet frequente blootstelling aan gebruikt water, zonder intensieve belasting door opstuwend water
Wandoppervlakken boven badkuipen en in douchen in badkamers. Vloeren in huis met afvoer. Vloeren in baden zonder/met afvoer zonder hoge waterinwerking uit de doucheruimte.
W2-I
hoog
Oppervlakken met frequente blootstelling aan spatwater en/of gebruikt water, vooral op een vloer die tijdelijk intensief wordt belast door opstuwend water
Wanden van douches in sportinstellingen/commerciële centra. Vloeren met afvoeren en/of goten. Vloeren in ruimtes met douches die vlak met de vloer worden betegeld. Wand- en vloeroppervlakken van douches in sportinstellingen/ commerciële centra.
W3-I
zeer hoog
Oppervlakken met zeer frequente of langdurige blootstelling aan spat- en/of gerecycled water en/of water van intensieve reinigingsprocessen, intensief belast door opstuwend water
Oppervlakken in omgevingen van zwembaden. Oppervlakken van douches en doucheruimtes in sportinstellingen/ commerciële centra. Oppervlakken in commerciële omgevingen (commerciële keukens, wasserettes, brouwerijen enz.).
W1-B
Afdichting van reservoirs en bassins tot een waterdiepte van 5 m
Reservoirs en zwembaden.
W2-B
Afdichting van reservoirs en bassins tot een waterdiepte van 10 m
Geldig EG-veiligheidsblad in acht nemen!
Informatie over het emissieniveau van vluchtige stoffen in een binnenklima die bij inhalatie gezondheidsrisico’s aangeven met een klasse die loopt van A+ (zeer lage emissie) tot C (hoge emissie).
Dit technisch informatieblad is een vertaling uit het Duits en houdt geen rekening met plaatselijke bouwverordeningen of wettelijke voorschriften. Het dient slechts als algemene productinformatie te worden beschouwd. Als rechtsgeldig kunnen uitsluitend de meest recente Duitse versie van dit technische informatieblad of het meest recente technische informatieblad van een van onze buitenlandse dochterondernemingen binnen het betreffende verkoopgebied worden aangemerkt. 8/8
WKD/SF/Tet/MV/KKa